Kortstondige gijzelaars
Gijzelaars die slechts enkele dagen vastzitten,
veelal in politiebureaus of gevangenissen.

Niet alle gijzelaars komen in kampen terecht. Er zijn grote groepen die slechts enkele dagen vastzitten op een politiebureau of in de gevangenis. In het tweede deel van de oorlog betreft dit meestal notabelen, zoals burgemeesters, academici en juristen. Hun arrestatie moet weigeraars van dwangarbeid bewegen zich toch bij de Duitsers te melden.

In 1942 worden bij een razzia in Amsterdam ruim 500 Joden uit Amsterdam vastgezet. Er wordt gedreigd ze naar Mauthausen te sturen als hun 1400 stadsgenoten zich niet melden. Uiteindelijk zitten zij slechts 1 à 2 dagen vast en komen daarna vrij, ook al melden niet alle 1400 mensen zich.

Ook de studenten die in heel Nederland worden gearresteerd na de aanslagen op Seyffardt en Reydon, twee vooraanstaande NSB-leden, vallen grotendeels binnen deze categorie. De meesten van deze 1800 ‘plutocratenzoontjes’, zoals de Duitsers hen noemen, zitten enkele dagen vast. Ongeveer veertig jongens worden naar werkkampen in Duitsland gestuurd.

Een aparte positie nemen zij in, die door de Duitsers als vergelding worden geëxecuteerd in of bij de plaats waar zij wonen. Dit betreft de slachtoffers van de fusillade in Marum tijdens de April-Meistakingen van 1943 en van vergeldingsacties in Zaandijk, Apeldoorn, Putten en Rhoon.

In totaal zijn er bijna 2500 gijzelaars die tot deze groep gerekend kunnen worden.