Herdenken als work in progress

Bij het thema

door Cecile Post – leesduur 4 minuten

“Twee minuten stilte of toch drie minuten stilte.” “Iemand die het heeft meegemaakt laten spreken.” “Bloemen.”

Ziehier de eerste dingen die leerlingen noemden als antwoord op de vraag hoe een herdenking eruit zou moeten zien. Samen met een collega stond ik in groep 7 van een lokale basisschool, ter voorbereiding op de 80-jarige herdenking van de Kindertransporten van Kamp Vught via Westerbork naar Sobibór. Muziek hoorde er ook bij, vonden de leerlingen, maar welke precies? Daarover liepen de gedachten uiteen: droevige muziek, leuke muziek door kinderen zelf gespeeld, iets van de Britse singer-songwriter Tom Odell (maar de vader van Milan kon ook heel mooi gitaar spelen), of alleen geluiden uit de natuur laten horen…

Met de input van kinderen van nu krijgt de kindertransportherdenking bij Nationaal Monument Kamp Vught opnieuw vorm. Oude, bekende en traditionele elementen komen samen met nieuwe, en zo is de herdenking steeds work in progress.

Alternatief herdenken
‘Werk in uitvoering’ is eveneens de rode draad die door de bijdragen deze editie van WO2 Onderzoek uitgelicht loopt. Zo schetst Bertine Mitima in haar stuk hoe tegenwoordig op allerlei manieren wordt geprobeerd om kinderen meer te betrekken bij herdenken, bijvoorbeeld door schoolprojecten of door middel van alternatieve vormen van herdenken. Uitgangspunt in haar artikel is de vraag waarom en op welke manier kinderen oorlog willen herdenken, en in hoeverre de huidige ‘herdenkingstrends’ aansluiten op hun behoeftes.

Kinderen tijdens de Nationale Herdenking op de Dam. Bron: Jasper Juinen

Ilse Raaijmakers vraagt zich in haar bijdrage af waar de hang naar alternatieve herdenkingen eigenlijk vandaan komt. Maar ook: of er wel zo’n duidelijke scheidslijn te trekken valt tussen ‘officiële’ en ‘alternatieve’ herdenkingen. Via de geschiedenis van de Dodenherdenking op 4 mei laat ze zien dat alternatieve vormen van herdenken grote invloed uitoefenden op de officiële herdenking. Zo wordt duidelijk dat de voortdurende discussies over de wijze van herdenken op 4 en 5 mei vaak meer zeggen over de actuele context waarin wordt herdacht dan over het herdachte verleden. Nieuw vormgegeven herdenkingen weerspiegelen steeds de tijdgeest waarin ze zijn ontstaan. Met die bril kijken naar de ontwikkelingen van de afgelopen jaren en naar de geschiedenis van het herdenken zelf geeft een interessant nieuw perspectief.

Surinaamse en Caribische urnen
Matthijs Kuipers staat stil bij de geschiedenis van het Nationaal Monument op de Dam, en dan met name bij een minder bekend aspect van dat monument: de nissen voor alle provincies en alle ‘overzeese gebiedsdelen’. In elke nis, zo was het plan, zou een urn met aarde worden geplaatst, afkomstig uit de verschillende provincies en uit Indonesië, Suriname en de Cariben. Zo moest het monument de eenheid van het Koninkrijk verbeelden. Maar de nissen die bestemd waren voor urnen uit Suriname en uit Caribisch Nederland bleven tot op de dag van vandaag leeg. Waarom eigenlijk?

In de rubriek ‘Leven met oorlog’ dit keer een gesprek met Brita Röhl, voorzitter van de Stichting Landelijke Herdenking April-meistakingen 1943. Deze stichting zet zich in voor het herdenken van de landelijke stakingen tegen de gedwongen arbeidsinzet. Deze voorheen onderbelichte stakingen zullen dit jaar in het kader van de 80-jarige herdenking extra worden uitgelicht met diverse initiatieven, waaronder een documentaire en een theaterstuk.

Maartje van Bennekom staat in de rubriek ‘Oorlog verbeeld’ letterlijk stil bij misschien wel het bekendste oorlogsmonument: de Stolpersteine. De grote populariteit en weidse verspreiding van deze monumentale markeringen in de openbare ruimte leiden tot allerlei vragen en discussies. Want waar ligt de grenslijn tussen herdenken en kunst? Wat zijn ‘authentieke’ struikelstenen? En kunnen ze gekopieerd worden, of bestaat er zoiets als copyright op deze stenen ?

De zoektocht naar adequate vormen om te herdenken maakt niet alleen duidelijk hoezeer die vormen tijdgebonden zijn. Hij roept ook steeds weer vragen op over het doel, het bereik en de betrokkenheid van en bij herdenkingen. Vragen die duidelijk maken dat het leerzaam is om, zoals in dit nummer van WO2 Onderzoek uitgelicht, regelmatig stil te staan bij dit work in progress.

Over de auteur

 

Cecile Post

Cecile Post werkt als coördinator educatie bij Nationaal Monument Kamp Vught. Ze is redacteur van WO2 Onderzoek uitgelicht.


Foto boven aan pagina

De bouw van het Nationaal Monument op de Dam te Amsterdam, op de voorgrond de nissen voor de urnen. Bron: Fotocollectie Anefo / Nationaal Archief