‘Daar zijn waar het gebeurd is’

Bezoekersonderzoek

door Jeroen Nawijn – leesduur 7 minuten

Al jaren bezoeken mensen voormalige concentratiekampen uit de Tweede Wereldoorlog. Hun aantallen lijken jaarlijks te stijgen. Auschwitz-Birkenau beleefde met 2,15 miljoen bezoekers in 2018 een absoluut recordjaar. Wat drijft al deze mensen? Jeroen Nawijn zet het wetenschappelijk onderzoek hiernaar op een rijtje.

Voor alle herinneringscentra die na de Tweede Wereldoorlog zijn ingericht op de locaties van voormalige concentratiekampen, geldt dat ze al lange tijd bijhouden hoeveel bezoekers er jaarlijks komen. Daardoor weten we vrij goed hoe deze specifieke tak van herdenkingstoerisme zich door de decennia heen kwantitatief heeft ontwikkeld. Maar naar de vraag wat mensen motiveert tot een bezoek, hoe ze het ervaren, hoe ze terugkijken op het bezoek en wat hen van het bezoek bijblijft, wordt pas relatief recent wetenschappelijk onderzoek gedaan, sinds 2009.

De beschikbare onderzoeken werden uitgevoerd in meerdere Europese landen en op verschillende locaties, en gebruiken verschillende methoden. Toch leveren ze een verrassend consistent beeld op. Wat leren ze ons zoal?

Toeristen luisteren naar een audiotour terwijl ze  de gaskamer van Auschwitz I binnenwandelen. Foto: L-BBE op Wikimedia Commons (CC BY 3.0)

Motivaties en verwachtingen

Er is relatief veel onderzoek verricht naar motivaties van bezoekers. Dit onderzoek toont allereerst dat de motieven voor het bezoeken van voormalige concentratiekampen sterk lijken op de motieven voor bezoek aan cultureel erfgoed in het algemeen. Educatie – de wil om iets te leren, in dit geval om meer te weten te komen over de Holocaust in het algemeen en het voormalige kamp in het bijzonder – is een van de belangrijkste motieven die mensen noemen. Dat geldt ook voor ‘het zien met eigen ogen’, om je er een voorstelling van te kunnen maken. Mensen met een persoonlijke band met de Holocaust zoeken duidelijk ook een emotionele beleving, bijvoorbeeld vanuit het verlangen om een gevoel van verbinding met een overleden familielid te krijgen of te versterken.

Interessant is dat uit onderzoek blijkt dat deze laatste groep bezoekers voorafgaand aan hun bezoek sterker dan andere bezoekers verwachten dat zij positieve emoties zullen ervaren, zoals trots, liefde, compassie of opwinding. Maar over het algemeen verwachten bezoekers met name walging en verdriet het sterkst te voelen. De verschillende verwachtingen zijn wel enigszins afhankelijk van het perspectief waarin mensen zichzelf denken te plaatsen tijdens een bezoek. Als bezoekers denken dat ze vooral de daders voor ogen zullen krijgen en geconfronteerd zullen worden met het perspectief van de nazi’s, dan verwachten ze overwegend negatieve emoties zoals boosheid, woede of angst te gaan voelen. Als ze denken dat de focus op de slachtoffers ligt, verwachten ze juist meer positieve emoties tijdens het bezoek, zoals bijvoorbeeld compassie, maar ook verdriet.

Beleving

Wat mensen ten tijde van hun bezoek daadwerkelijk ervaren, is ook onderwerp van diverse onderzoeken. Een belangrijk aspect van de bezoekersbeleving blijkt te zijn dat de Holocaust ‘tastbaar’ wordt. Men heeft sterk de ervaring ‘daar te zijn waar het gebeurd is’. Een bezoek aan een voormalig concentratiekamp wordt als heel betekenisvol ervaren. Bezoekers komen tijdens hun bezoek veel te weten over de plek zelf, over de slachtoffers en de daders, over de Tweede Wereldoorlog in het algemeen en over de Holocaust in het bijzonder.

Herinneringscentrum Kamp Westerbork: tussen het herinneringscentrum en het voormalig kampterrein kunnen bezoekers gebruik maken van een pendelbus. Foto: Hanno Lans op Wikimedia Commons (CC BY 4.0)

Door diverse onderzoekers is ook onderzocht welke emoties mensen ondergaan tijdens hun bezoek aan een voormalig concentratiekamp. Als je de uitkomsten vergelijkt met die uit onderzoek naar bezoekersbeleving en ervaren emoties op andere toeristische locaties, wordt een duidelijk verschil zichtbaar. Een bezoek aan een voormalig Lager roept zowel in negatieve als in positieve zin uitgesproken emoties op. Daarmee vergeleken is de emotiebeleving op andere toeristische cultuurbestemmingen meer eenduidig en voelen mensen bijna nooit binnen een kort tijdsbestek zowel positieve als negatieve emoties, wat bij een bezoek aan een voormalig concentratiekamp wel vaak voorkomt.

Verder inzoomend op de negatieve emoties zien we bij ‘gewone’ toeristenbestemmingen dat deze met name veroorzaakt worden door ontevredenheid met de dienstverlening. Bij een bezoek aan een voormalig kamp speelt dergelijke ontevredenheid amper een rol. Negatieve emoties worden daar vooral opgeroepen door de aard van de plek en de verhalen die daarbij horen. Onderzoek onder bezoekers van voormalige concentratiekampen laat zien dat zij niet alleen emoties ervaren die uitgesproken negatief of positief zijn. Ze scoren ook buitengewoon sterk op een emotiecluster dat een mix bevat van positieve en negatieve emoties, namelijk compassie, afgunst, verdriet en ontzag. Dit lijkt duidelijk veroorzaakt te worden door de aard van een voormalig concentratiekamp, waarbij de verhalen van de slachtoffers nadrukkelijk aanwezig zijn.

Reflectie achteraf

Bezoekers kijken doorgaans positief terug op hun bezoek, zo laat het beschikbare onderzoek zien. Niet in de zin dat ze een ‘goede tijd’ hebben gehad, maar in de zin dat ze hun bezoek als zeer waardevol hebben ervaren en als zeer betekenisvol zien. Dit uit zich onder andere in positieve mond-tot-mondreclame. Men is sterk geneigd anderen een bezoek aan te raden en te overtuigen van het belang van een bezoek aan een voormalig concentratiekamp. Ook blijken de gevoelens die tijdens een bezoek worden opgeroepen, bezoekers nog lang bij te blijven. Of de opgedane kennis bijblijft, is niet bekend.

De poort van Auschwitz I is waarschijnlijk een van de meest gefotografeerde objecten in het kamp. Foto: Hanno Lans op Wikimedia Commons (CC BY 4.0)

Het is daarnaast duidelijk dat een bezoek vragen oproept bij bezoekers. Sommigen denken na afloop na over de zin van het leven en krijgen een hernieuwde waardering voor het leven, voor vrijheid en voor kwaliteit van leven.

Ondanks de hoge waardering is het animo tot een herhaalbezoek aan dezelfde herinneringsplek of een ander kamp echter relatief laag. De oorzaak hiervan is niet geheel duidelijk. Wellicht vinden bezoekers het bezoek emotioneel te heftig. Het kan ook simpelweg zo zijn dat ze het nut niet inzien van een tweede bezoek, omdat ze niet verwachten een andere ervaring te hebben of iets anders te leren.

Virtual reality

Samenvattend schetsen de bestaande onderzoeken een behoorlijk duidelijk beeld van de motieven voor het bezoeken van een voormalig concentratiekamp, de ervaringen ter plaatse en de reflectie op het bezoek achteraf. Mensen bezoeken een voormalig concentratiekamp voornamelijk om iets te leren en unieks te beleven. Na afloop kijken ze positief terug op dit bezoek, maar hebben ze geen sterke intentie om terug te gaan. Een belangrijk punt van aandacht voor de toekomst is om na te gaan waarom de intentie tot herhaalbezoek relatief laag is en wat eraan gedaan zou kunnen worden om deze intentie te verhogen. Een geringe herhaalbezoekratio is voor herinneringscentra natuurlijk financieel nadelig – de subsidiekraan wordt immers steeds verder dichtgedraaid – maar is ook vanuit educatief perspectief spijtig. Wisselende tentoonstellingen bieden immers de mogelijkheid om telkens net weer andere verhalen en perspectieven mee te geven.

Waar het gaat om bezoekersbeleving, zien we dat veel herinneringscentra de laatste jaren aan de slag zijn gegaan met het reconstrueren of herplaatsen van objecten, om bezoekers een duidelijker beeld te laten vormen van de situatie in het kamp tijdens de Tweede Wereldoorlog. Er wordt ook volop gewerkt met moderne toepassingen zoals virtual reality en augmented reality.

Staatssecretaris Martin van Rijn (kabinet Rutte II) bekijkt met eigen ogen het virtuele Sobibor in Nationaal Monument Kamp Vught. Foto: Screenshot van de NOS

Soms is het zelfs mogelijk een ander kamp te ‘ervaren’ via een virtual reality-toepassing. Zo was het in 2016 mogelijk om virtueel Sobibor te ‘bezoeken’, terwijl men zich fysiek in Kamp Vught bevond. Hoe zulk soort toepassingen de bezoekersbeleving beïnvloeden is nog niet bekend; daarvoor is specifiek onderzoek vereist.

Naast deze technische aanvullingen wordt op de diverse locaties het bestaande scala aan verhalen uitgebreid, gedocumenteerd en geprofessionaliseerd. Deze innovaties zullen hopelijk de intentie tot herhaalbezoek verhogen en de waardering van het bezoek, die al hoog is, alleen nog maar vergroten. Als deze aanvullingen goed aansluiten bij de motieven tot bezoek, dan kunnen we ook verwachten dat de beoogde kennisoverdracht succes zal hebben.

Over de auteur

 

Jeroen Nawijn

Jeroen Nawijn is senior docent/onderzoeker toerisme aan Breda University of Applied Sciences. Hij heeft ruime ervaring op het gebied van bezoekersonderzoek en panelonderzoek. Zijn expertise betreft thema’s als welbevinden, bezoekervaring, duurzaam toerisme en cultureel erfgoed.


Verder lezen

  • A. Biran, Y. Poria & G. Oren, Sought Experiences at (Dark) Heritage Sites. In: Annals of Tourism Research, 38(3), 2011, p. 820-841.
  • R.K. Isaac & E. Çakmak, Understanding Visitor’s Motivation at Sites of Death and Disaster: The Case of Former Transit Camp Westerbork, the Netherlands. In: Current Issues in Tourism, 17(2), 2014, p. 164-179.
  • R. K Isaac, J. Nawijn, A. van Liempt & K. Gridnevskiy, Understanding Dutch Visitors’ Motivations to Concentration Camp Memorial Sites. In: Current Issues in Tourism, 2017, online ahead of print.
  • C.A. Kidron, Being There Together: Dark Family Tourism and the Emotive Experience of Copresence in the Holocaust. In: Annals of Tourism Research, 41, 2013, p. 175-194.
  •  S. Liyanage, A. Coca-Stefaniak & R. Powell, Dark Destinations – Visitor Reflections from a Holocaust Memorial Site. In: International Journal of Tourism Cities, 1(4), 2015, p. 282-298.
  • J. Nawijn, M. Brüggemann & O. Mitas, The Effect of Sachsenhausen Visitors’ Emotions on Meaning and Word-of-Mouth. In: Tourism Analysis, 22(3), 2017, p. 49-359.
  • J. Nawijn & M.C. Fricke, Visitor Emotions and Behavioral Intentions: The Case of Concentration Camp Memorial Neuengamme. In: International Journal of Tourism Research, 17(3), 2015, p. 221-228.
  • J. Nawijn, R.K. Isaac, K. Gridnevskiy & A. van Liempt, Holocaust Concentration Camp Memorial Sites: An Exploratory Study into Expected Emotional Response. In: Current Issues in Tourism, 21(2), 2018, p. 175-190.
  • J. Nawijn, R.K. Isaac, A. van Liempt & K. Gridnevskiy, Emotion Clusters for Concentration Camp Memorials. In: Annals of Tourism Research, 61, 2016, p. 244-247.
  • T.P. Thurnell-Read, Engaging Auschwitz: An Analysis of Young Travellers’ Experiences of Holocaust Tourism. In: Journal of Tourism Consumption and Practice, 1(1), 2009, p. 26-52.

Foto bovenaan artikel

Toeristen staan in de rij om Auschwitz I binnen te gaan. Adrian Grycuk op Wikimedia Commons (CC BY-SA 3.0 PL)